maandag 10 november 2014


Schimmeltolerantie & wijnkwaliteit

Op dit moment wordt er in Europa, en ook in Nederland, gewerkt aan manieren om de reputatie van onze schimmeltolerante druivenrassen te verbeteren. Dat is niet ondienstig, omdat al wat niet traditioneel is, qua rassen en wijnen, af en toe nog steeds zwaar in de vuurlinie ligt - in Nederland, maar zeker ook in België.

Je kunt dan wijzen op de ecologische teelt, die milieuvriendelijker is dan de teelt van traditionele soorten. Maar daarmee ben je er niet. Want dat raakt niet echt de kern van de kritiek.

De meest bijtende kritiek gaat, zoals velen bekend zal zijn, over de vermeende 'onedelheid' van de nieuwe rassen, en hun mindere wijnkwaliteit. We hebben aan die 'onedelheid', het gebrek aan 'raszuiverheid' (brrrr, wat een woord), in een eerder artikel op dit weblog al eens serieus aandacht besteed; het stuk heeft als titel Vitis vinifera, en is te vinden in de afdeling Druivenrassen in de horizontale taakbalk hierboven. Of klik hier: http://wijnbouw.blogspot.nl/2013/05/vitis-vinifera-en-soms-worden-we-echt.html

 

BOB en BGA

Je kunt het probleem echter ook van een meer positieve kant benaderen. Alle druivenrassen, ook de nieuw toegelatene, zijn zeer grondig getest, op teelt, op eigenschappen van de plant, en zeker ook op wijnkwaliteit. Die grondigheid maakt dat de wijn van een ras, in Europa alleen officieel als kwaliteitswijn te boek kan komen te staan als de soort in aanmerking komt voor een 'BOB-' of een 'BGA'-aanduiding, voor 'Beschermde Oorsprong Benaming' of 'Beschermde Geografische Aanduiding'.

Dit zijn dé vigerende, officiële kwaliteitsbenamingen voor heel Europa, ontwikkeld door een samenwerkingsverband van haar verschillende wetenschappelijke instituten, en geïmplementeerd door de lidstaten. En het blijkt dat onze Nederlandse wijnen met vlag en wimpel door deze strenge, officiële Europese ballotages heen zijn gekomen. Die dus de primaire waarmerken zijn voor wijnkwaliteit.

Dat is mooi. En op langere termijn zullen de mensen (en misschien met een lichte vertraging ook journalisten, vinologen, wijnschrijvers) hier waarschijnlijk aan gaan wennen, zodat de slechte reputatie van onze wijnen, als inferieur in kwaliteit vergeleken met de traditionele soorten, er langzaam uitgroeit.
 
Maar we kunnen hier, zoals nu in Nederland gebeurt, ook zelf iets aan doen. Door de blote feiten heel nauwgezet te onderzoeken, daarover te rapporteren, met eventueel ook de spin off van kortere artikelen die dezelfde feiten, even bloot, bij een groter publiek onder de aandacht brengen. Voortrekker voor Nederland, qua studie en feitelijke rapportage is op dit moment Simon Crone, voormalig voorzitter van het Wijngaardeniersgilde; een man met een groot Europees netwerk en een goed onthaal bij de internationale wijn(bouw)-instituten.


L'Institut Coöperatif du Vin

Eén van de interessante 'blote feiten' waar deze onderzoeker op stuitte is het waard om ook hier eventjes apart vermeld te worden. Het gaat om een vergelijking van wijnkwaliteiten, door het Franse Institut Coöperatif du Vin, kortweg ICV.

De afgelopen twee jaar werd door dit Institut een onderzoek opgezet, bestaande uit 12 proeverijen met 190 proevers, en 57 wijnen van 32 nieuwe wijnrassen, waaronder bijna alle in Nederland aangeplante soorten. Van al deze wijnen werd de wijnkwaliteit uitputtend 'gemeten', door ze systematisch te vergelijken met gekend goede wijnen van traditionele rassen als Chardonnay voor wit, en Pinot Noir en Merlot voor rood.

De gedetailleerde uitslag zullen we u hier besparen, maar een tipje van de sluier, u raadt het al, is dat er geen significante verschillen in kwaliteit werden geproefd. En waar dat wel zo was, scoorden de resistente soorten even vaak 'beter' als de traditionele. En dit alles, komend uit het vaak chauvinistisch genoemde Frankrijk. Het was blijkbaar inderdaad een ernstig en wetenschappelijk precies onderzoek.
 

Cultuurdragers

Belangrijk werk allemaal, zowel het onderzoek als de rapportage. Het zal niet betekenen dat het gekrakeel van domoren nu zal verstommen - dat doet het in de geschiedenis immers nooit - maar wel dat in elk geval de verstandige mensen, de cultuurdragers van onze samenleving, leren begrijpen dat er hier inderdaad iets te léren valt - méér dan het napraten van andermans' oudbakken vooroordelen. Het zal ook maken dat de 'die-hards' onder de wijnschrijvers, die ondanks een wagonlading feitelijkheid nog steeds met veel plezier ageren tegen de schimmeltolerante rassen, steeds meer alleen komen te staan.
 

Rapport

Het eerste rapport voor het Nederlandse taalgebied is inmiddels beschikbaar; een Engelse versie staat op stapel. Zie voor het Nederlandse rapport: http://www.wijngaardeniersgilde.nl/sites/default/files/pdfs/DeOntwikkelingvanDruivenrassen-20140807-distr-versie-1a.pdf


Goede arbeid dus - of je nu persoonlijk heel warm loopt voor dit soort onderzoek, of zelf, als wijnbouwer, toch al voldoende overtuiging mag putten uit de kwaliteit van je eigen jaarlijkse wijnproductie. Goede wijn moet ook goed ontvangen kunnen worden...


Berliner Wein Trophy

En dat gebeurt gelukkig steeds meer. En steeds ontspannener. Vergelijk bijvoorbeeld maar eens hoeveel Nederlandse wijnen er tegenwoordig bij de prestigieuze, en volslagen objectieve Berliner Wein Trophy medailles ontvangen. Deze zomer nog: drie Berlijnse zilveren medailles voor onze eigenste vrienden van Wijnboerderij 't Heekenbroek in Drempt. En dat doet goed. Zie voor de pure aardigheid, ook even het volgende, recente en gave stukje: http://www.anne-wies.nl/restaurant-en-logis-de-tuinkamer-ruurlo/

En dit is niet het enige wijnbedrijf dat inmiddels in het buitenland - en zelfs ook in eigen land - serieus genomen begint te worden. Er is toekomst!
 

Copyright (c) Jet Wester 2014

maandag 3 november 2014


Ouderwetse wijnbouw - moderne wijnen

 
Hoe staat het er mee, begin november? Eigenlijk heel goed. De witte wijnen zijn uitgegist: Riesèl, Souvignier Gris en Johanniter. Weken eerder dan vorig jaar. De Johanniter werd dit jaar bij ons geoogst op 18 oktober; vorig jaar op 7 november. Een bijna raar verschil. Hetzelfde geldt voor de beide andere soorten.

En ze zijn al opvallend goed te drinken, de wijnen van 2014. Met een totaalzuur dat anders dan andere jaren al heel acceptabel is. Ook de mildheid zal niet om heel veel zoet(reserve) vragen deze keer. Nog niet eerder meegemaakt: wijnen die direct na vergisting al vrij nadrukkelijk uitnodigen tot proeven, proeven en nogeens proeven - glaasjes vol als je niet uitkijkt. Maar dat doen we niet! Nu eerst rijpen, rijpen en nogeens rijpen. Tot eind april.
 

Naar de Moezel

Maar niet alleen het resultaat van de vroege oogst telt. Ook de manier waarop. We zijn dit jaar bezig ons nog wat meer te bekwamen in het verwerken van de druiven, tot en met vinificatie, op onze eigen manier. Daarvoor hebben we in september onze vrienden aan de Moezel weer eens opgezocht - om in & rond hun wijnkelders te praten over het Hoe. En het Wat. En nu, na onze oogsten en vinificaties, mogen we aanstaand weekend nog even terug, om opnieuw even touch down te maken bij een paar wijnmakers daar. Bijvoorbeeld om uit te vinden of 2014 ook bij hun (weer eens) een goed jaar lijkt te worden. Aan Moezel en Nahe leek 2013 niet echt een topjaar. 'Säurebetont' is vaak het woord: vrij hoog in het (appel)zuur. Meer dan in Nederland, naar het lijkt.
 

Eenvoud

Maar het meest interessant bij onze wijnbouw-contacten daar, is op dit moment de eenvoud van de technieken die bij verwerking en vinificatie gebruikt worden. Vlak vóór de oogst waren we bij Harald Steffens, Rieslingwinzer te Reil, die bezig was de apparaten schoon te maken voor de aanstaande verwerking. Buiten stond een grote, hardgroene kneusmachine - een houten brontosaurus met een knol van een vrij primitieve electromotor er aan vast. Lekker ding, maar het opvallende was: dus geen ontsteler voor dit gerenommeerde Riesling-wijngoed. Alleen kneuzen, en de steeltjes van de trossen gewoon mee in de pulpweking. Want die steeltjes zijn toch al goeddeels verhout, en geven dus geen bitterstoffen of stroefheid meer af. Een paar weken later zagen we het ding terug op zijn weblog - compleet met charmante toevoeging, onder de veelzeggende titel "Eine schöner wie die andere":
 



hier een link naar het artikel zelf: http://www.steffens-kess.de/cms/2014/10/05/weinernte-2014-eine-schoner-wie-die-andere/
 
Ook zijn topwijn van 2013, een Reiler Goldlay Spätlese trocken, die we hier op dit moment naast ons hebben, werd met dit monstertje gemaakt. We waren blij, toen we dit apparaat zagen, dat ook wij onze ontsteler indertijd van de hand gedaan hebben. Aan iemand die ook veel blauwe druiven had om er doorheen te slingeren. Een rode pulpgisting - die immers veel langer duurt, met ook al (uitlogend) alcohol in het spel - heeft wel graag echt ontsteelde pulp.
 
Ook wij doen het sindsdien, als echte Moselaner, voor onze witte wijnen met alleen een kneuzer. Veel makkelijker te sjouwen, te stouwen en schoon te maken - en we missen de ontsteler geen moment in de wijnkwaliteit, bij volle rijping.
Harald Steffens is overigens al eerder even ter sprake geweest op dit weblog, in de bijdrage http://wijnbouw.blogspot.nl/2012/06/bloempjes-op-verzoek-van-een-lezer-een.html
 

Unplugged

Ook een tweede vriend aan de Moezel, Martin Müllen, mochten we in september opnieuw begroeten. Hij is vele malen bekender dan vriend Steffens, met wijnen die door Gault Millau, Stuart Pigott etc. tot de absolute Rieslingtop gerekend worden - maar die haast nog 'ouderwetser' gemaakt worden, voor zover dat aan de Moezel mogelijk is. Weinbau unplugged, met verbazend weinig stroomverbruik. Het volgende tv-filmpje is de moeite van het proberen waard (ook als hij niet in de eerste poging goed opgetoverd wordt):    http://www.ardmediathek.de/tv/Weinherbst-Die-besten-Filme/Weingeschichten-Der-Retro-Winzer/SWR-Fernsehen/Video-Podcast?documentId=5358688&bcastId=3065194
 
Martin Müllen staat ook al eerder te pronk op deze bladzijden, zie: http://wijnbouw.blogspot.nl/2012/06/op-reis-deel-i-martin-mullen-succes.html
 
En aanstaand weekend mogen we weer...

Fijn leventje, zo.

Copyright (c) Jet Wester 2014