Posts tonen met het label Natuur. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Natuur. Alle posts tonen

zaterdag 26 januari 2013


De zomer

Buiten is het eind januari. Binnen hebben we de zomer op de laptop. Hier de dromerige Oude IJssel tussen Doesburg en Doetinchem.




 
 

 

 
  

De zomer zit vol dingen. Dingen van goud bijvoorbeeld, met vleugels en/of staarten, en/of water uit de neus. Soms alles tegelijk. Paleistuin Het Loo:



















Openluchtmuseum:





In de zomer, kortom, is het altijd zomer.

Volgende week snoeien!


Copyright (c) Jet Wester 2013

zaterdag 3 november 2012


More than Honey

In mei van dit jaar besteedden we op deze bladzijden aandacht aan onze vriendschap met de honingbij. We berichtten over een nieuwe beweging in de bijenhouderij genaamd "Natural Beekeeping", en we gaven een link naar een bouwplan voor een alternatief soort bijenkast, waarmee het houden van bijen een heel ander, en veel eenvoudiger verhaal wordt dan het nu zo vaak lijkt. De liefhebber kan dit bericht vinden in de afdeling Natuur op dit weblog. Of u kunt klikken op: http://wijnbouw.blogspot.nl/2012/05/bijen-een-van-onze-meer-passieve.html
 
Nu wordt me gister door mijn bijenvereniging een filmpje doorgestuurd, een fragment van een veel grotere documentaire film, getiteld More than Honey, dat ik u niet onthouden wil. Het zijn werkelijk unieke beelden. Dit fragment toont voor de eerste keer de bruidsvlucht van de koningin, close up. Het fragment vindt u hier: www.youtube.com/watch?v=89rtOi1FcoQ


Het promotiefilmpje van de hele documentaire is hier te vinden. Klik op 'Trailer' in de horizontale balk van onderwerpen, en scroll vervolgens iets naar beneden om het filmpje te zien klaarstaan:
http://www.ciber.science.uwa.edu.au/blog/?page_id=2



De film wordt op een aantal filmfestivals getipt als een winnaar. En dat is niet zo vreemd. Het is een erg leuke, vlotte en interessante film, met bovendien een zekere 'ecologische urgentie' - en beelden die nog nooit van zo dichtbij door de mens zijn gezien.


Copyright (c) Jet Wester 2012


maandag 8 oktober 2012


Herfstvakantie

We zijn een paar dagen naar Zeeland. Wandelen in de duinen met de Meindls aan. Rozebottels, bessen en dauwbramen - en over het strand terug. Oktober aan zee. Het strandpaviljoen sjort zijn schotten vast. Misschien nog zwemmen?



De wijngaard, die thuisblijft, is toegesproken. Belooft schoon te blijven, want weekje mooi weer. In de wijnkelder pruttelt de Riesel zachtjes voor zich uit. Deze week even toevertrouwd aan de zorg van wijnboer Job, dus in goede handen.

Tot later!


Copyright (c) Jet Wester 2012

maandag 1 oktober 2012


Oktober!

Gister het jaarfeest van de Nederlandse wijngaarden...


...en vandaag een eigen oogst. Riesèl. Voldoende rijp, donkerbruine pitjes, en met deze week het risico van snelle omslag naar rotting. Dan moet het maar!


 
En tussendoor een moment van ontroering. Een gaaf klein nestje in de kop van een Solarisplant. Winterkoninkje. Winterkoninkjes nestelen op minder dan een meter van de grond, want hun jongen vliegen niet uit: ze tuimelen uit het nest. Met een hoog nest zouden de jonkies een te grote smak maken. De kop van een druivenplant heeft de ideale hoogte. Zachte landing gegarandeerd.

 
Copyright (c) Jet Wester 2012

vrijdag 29 juni 2012


Exotische plannetjes

Wijnbouw in Nederland – kan het nog exotischer? Ja hoor, gerust. De afgelopen lange winter die nu achter de horizon verdwenen is, maar waarin een buitenmens zich nochtans vaak een rotje verveelde, heeft allerhande exotische plannetjes opgeleverd, waarvan we er hier twee graag doorgeven. Wie weet is er iemand nog nét even exotischer dan wij...


Saffraankwekerij
Iemand met een wijngaard waarin de zwartstroken onder de druivenplanten in ere gehouden worden, kan die zwartstroken verder cultiveren door er saffraan op te telen. Saffraan als specerij bestaat uit de gedroogde stampers van een bepaalde herfstcrocus, en de oogst en verwerking ervan kan interessant zijn, want saffraan is meer dan peperduur. Saffraan is bovendien in Nederland te verbouwen, op de zonnigste plekken.


De saffraancrocus is gecultiveerd. Hij heeft minstens drie vergrote stampers die onvruchtbaar zijn - de vermeerdering gaat via de bolletjes. Eens in de twee, drie jaar worden de bolletjes uitgegraven; de oude gaan weg en de jonkies worden gescheurd en opnieuw uitgezet. Ben je gegrepen, of op z'n minst geïntrigeerd? Een goed begin is http://www.ehow.com/how_5148120_cultivate-saffron.html

Je hebt alleen wel vrij véél saffraanstampers nodig, om je op een zinvolle manier op de wereldmarkt kunnen melden. Als streekproduct / noviteit zou het echter een aardig aanvullend PR-machientje kunnen zijn. 



Theeplantage
Mijn pièce de résistance deze winter was echter het denkbeeldig optuigen van een theeplantage, naast de wijngaard. In Engeland bestaat er inderdaad zo’n commercieel succesvolle, zeer officiële theeplantage, inmiddels op verschillende plaatsen. Zie http://tregothnan.co.uk/


De Engelsen worden zelfs uitgenodigd om op eigen grond, maar met hulp van deze plantage een eigen dépendance op te zetten. De plantage weet hoe het moet. Deze mensen zijn ongetwijfeld ook benaderbaar voor een mogelijk avontuur on the continent, bij ons dus.

Maar je kunt ook zelf aan de slag, zie http://1greengeneration.elementsintime.com/?p=1053

En als je geluk hebt zelfs ook planten: http://www.esveld.nl/zoeken.php?zoekterm=camellia%20sinensis&pagina=1&product=planten


Wat mij weerhield was met name het mogelijk gebrek aan winterhardheid van de camelia’s. Ik weet niet goed wat voor eisen en mogelijkheden daar voor bestaan, en wie weet welke winterharde klonen er zijn. In de Himalaya zijn de Darjeeling-plantages in de winter ook met sneeuw bedekt. En daarbij: Engeland kan nooit zo gek veel minder vorst hebben dan ons land. En anders zijn er altijd nog tijdelijke tunnelkassen mogelijk, in het hardste seizoen. Maar toch, maar toch...


Commercieel zou het gegarandeerd een trekpleister zijn, en ook de publiciteit zou een echte theeplantage in Nederland zonder probleem blijvend komen aanwaaien. Wees welkom tot het idee!

Wat je ook kunt doen, op kleinere schaal, als je een kas hebt, is een aantal kuipen met thee-camelia’s neerzetten. ’s Zomers buiten, ’s winters binnen. En oogsten. Maar ja, dan kun je ook met olijven aan de gang. De wereld is vol dingen.


Copyright (c) Jet Wester

woensdag 20 juni 2012




We kunnen foto's! Het heeft even geduurd maar we hebben de knoppen gevonden waarmee we plaatjes op het weblog kunnen zetten. Als dat nodig is. Vandaar deze blogpost als experiment: hoeveel langer duurt het optoveren van een bladzij met flink wat plaatjes - en gaat dat met elk besturingssysteen even goed (i-pad, pc)? 

De bladzij is een ode geworden aan de tuin in juni - in dit geval de bostuin bij het chateau waar onze druiven geperst worden, de mosten vergist & de wijnen gebotteld. Maar nu even niet...



woensdag 23 mei 2012


Bijen

Eén van onze meer passieve passies - maar niettemin een passie - is de wereld van de honingbij. We zijn sinds jaar en dag lid van de lokaal-regionale bijenvereniging en hebben inmiddels een mooie boekenplank over de grote weelde, in de zomer één of meer bijenvolken om je heen te hebben. Onze laatste aanwinst, gister over de post uit Engeland, is een prachtige antieke uitgave, met gouden opdruk, van het beroemde boekje van Maurice Maeterlinck over de bijen. Het werd uitgegeven in 1901; deze uitgave is een vertaling uit het Frans in het Engels van een paar jaar later, en stond nu, een slordige honderd jaar later, te koop voor 4,50 euro, op de geweldige Engelstalige tweedehands boekensite http://www.alibris.co.uk/books?cm_sp=navShop-_-books-_-na

Wie makkelijk Engels leest heeft het voordeel dat ook boeken zoals deze, van honderd jaar oud, te lezen zijn alsof ze gister geschreven zijn. De spelling van het Engels is simpelweg in al die jaren niet veranderd, dus je kunt zo aanhaken. Het boek is overigens in een modern jasje (zelfde tekst) nog steeds in druk. Maar dan voor een paar dollars meer.



Terug naar de bijen
Wat ons tot nu toe heeft weerhouden van een meer actieve activiteit in bijenland is in de eerste plaats de recente problematiek rond de bijenvolken. Varroamijt, verdwijnziekte: de zorg of je volken in het voorjaar, na de winterrust nog wel in leven zijn is op dit moment even een ongewenste stressfactor erbij, naast de mogelijke vorst- en nachtvorstperikelen in de wijngaard.

Een andere reden waarom het er tot nu toe niet echt van gekomen is, heeft te maken met de manier waarop de bijen gewoonlijk gehouden worden. Vaak als productievolken, waarvan de honing geoogst wordt voor ons gebruik. Daar is op zich niet veel mis mee, maar oogsten doen we al in de wijngaard, en meer dan twee, drie potjes honing gaan er bij ons in een jaar niet door. Meer dan twee, drie flessen wijn wel. Waarom dan die extra productie, die een hoop tijd, werk en laten we eerlijk zijn: toch ook weer geld kost?


Natuurlijk bijenhouden
Maar er gloort hoop voor mensen als wij. Er is een nieuwe trend in de bijenhouderij, die zijn centrum op dit moment vindt in Engeland, en die zich richt op inderdaad het in de buurt hebben van bijen - zonder verdere poespas. Het initiatief heet "Natural Beekeeping", en het idee hangt aan het simpele maar geniale feit dat er een nieuw, ander ontwerp bijenkast gebruikt wordt. Eén waarbij geen extra 'supers' of lagen bovenop de kast geplaatst kunnen worden voor extra honing, en waar het volk ook niet uitgnodigd wordt om groter dan groot te worden. Bovendien bouwen de bijen in dit systeem hun eigen raten. In dit systeem heb je je vrienden om je heen, maar je hoeft eigenlijk niets van elkaar - behalve een beetje zorgzame aandacht. Zeg nu zelf: dat zijn toch de mooiste vriendschappen? In je klaverstroken?

Op het internet is een gratis, gedétailleerd  bouwplan voor zo'n nieuw soort bijenkast te downloaden, dat gemaakt kan worden met eenvoudige middelen. De download staat hier: http://www.lulu.com/shop/philip-chandler/how-to-build-a-top-bar-hive/ebook/product-15321150.html;jsessionid=7371D438B7F30E09DB5AEB8A43935BB7

De website van het natuurlijk bijenhouden is hier: http://www.biobees.com/index.php

Het boek dat bij het geheel hoort heet The Barefoot Beekeeper. Het is niet heel goedkoop (wel veel goedkoper als download op de i-pad trouwens), maar bevlogen en met authoriteit geschreven, en het brengt de romantiek van de kleinschalige bijenhouderij terug. Voor zover die miste.
Beleefd aanbevolen.



Copyright (c) Jet Wester 2012

vrijdag 11 mei 2012



Amsterdam, iepenhoofdstad van de wereld

Onlangs waren we een klein weekje in Amsterdam. De lente was mooi op gang. De kastanjes ontvouwden hun blad als kleine, sierlijke waaiers; de lariksen kregen kwastjes en zelfs de platanen lieten al wat leven zien.

We waren op zoek naar het groen. En vonden mooie tuintjes op de westelijke stadseilanden (Bickerseiland, Prinseneiland, Realeneiland). Bebouwde maar nog steeds verstilde kleine eilandjes, aangelegd in de 17e eeuw. Een andere plek die we (terug)vonden was de Hortus Botanicus in de Plantagebuurt. Een vrij kleine botanische tuin, iets van 1,2 hectare, niet meer - maar vol schatten. De tuin is een paar jaar geleden afgestoten door de universiteit en gaat sindsdien op eigen kracht verder. Met een vriendenclub van maar liefst 9000 leden. We zaten op een erg prettig terrasje bij de oranjerie.
In de Hortus kwamen we iets te weten wat we nog niet wisten, maar wat ons de rest van ons verblijf in deze mooie stad met het hoofd in de nek deed lopen. Amsterdam heeft verreweg de meeste iepen van alle steden van de wereld. Er staan er meer dan 75.000.

De iep is op zich een geliefde stadsboom. Zijn takken beginnen vrij hoog aan de stam en gaan niet wijd-uit; hij heeft bovendien niet een heel dichte kruin. Hij heeft alleen één nadeel. Hij is gevoelig voor een schimmel, de beruchte iepziekte - in het buitenland bekend als de Dutch Elm Disease. Nederland is iepenland, en ook de ziekte wordt daarom met ons land geassocieerd. De schimmel is tot nu toe zo medogenloos gebleken dat er zelfs in een stad als Amsterdam niet één iep meer staat van vóór 1920. Alle iepen van de stad zijn in een tijdsspanne van honderd jaar minstens één keer vervangen.  

Internationaal zijn alle ogen nu gericht op de Nederlandse oplossing voor deze 'Nederlandse' ziekte. En er worden goede vorderingen gemaakt. Precies zoals de Nederlandse wijnbouw stoelt op de ontwikkeling van schimmelresistente kruisingen van de vitis vinifera, is men in de bomenwereld druk bezig om voor de iep schimmelresistente kruisingen te ontwikkelen. De toekomst lijkt veelbelovend. De eerste exemplaren zijn uitgeplant in diverse steden, op diverse continenten. De stad als proeftuin. Er gebeuren veel geweldige dingen in de wereld. Waarvan het een voorrecht is er weet van te hebben.
  


Copyright (c) Jet Wester 2012



 


Fotosynthese

De druif is een bijzondere plant. Van huis uit een bosliaan, wil hij klimmend in boom of spalier niets liever dan hoger en hoger: op naar de zon. Op zich is dat voor een plant natuurlijk niet zo’n vreemd verlangen, maar slechts weinig telgen uit het plantenrijk maken bij dit streven zoveel scheuten, blad en vruchten als een druivenplant doet. De karrevracht aan snoeihout in de winter - elke wijngaardenier kan er van getuigen - maar ook de jaarlijkse opbrengst in kilo’s fruit is onvergelijkbaar groter dan het hout
en fruit van, zeg, een rode bes, of zelfs een braam of framboos. Waar komt al die energie, die groeikracht, maar gewoon ook: al die materie, elk jaar opnieuw vandaan? Mineralen en voedingsstoffen uit de bodem zult u zeggen. Mis. Het is de zon. Of precieser: het is het samenspel van zonnelicht, buitenlucht en warmte.

Het verschijnsel heet fotosynthese. Wanneer je het water aan een druivenplant onttrekt, heb je een hoeveelheid wat genoemd wordt 'droge stof' over, die voor hoogstens acht procent opgebouwd is vanuit de bodem. Zeker tweeënnegentig procent van de droge stof van een druivenplant is in het blad gemaakt: omgezet met behulp van het zonlicht uit het rode en blauwe spectrum (Joly (2008)).

We zullen het verschijnsel iets nader bekijken, zonder overigens al te technisch te worden. Veel van het ‘waarom’ achter de inrichting van, en het werk in de wijngaard volgt er direct uit.




Hoe het werkt

Fotosynthese werkt op lichtenergie. ‘Foto’ is Grieks voor licht. De druif vangt die lichtenergie, het zonlicht, op in zijn bladgroen. Dit licht zorgt dat binnenin datzelfde blad, koolzuur kan worden omgezet in allerhande ‘planteigen’ koolstof- en waterstof-verbindingen: de stoffen waar de plant zoals we zagen voor meer dan negentig procent uit bestaat.

Het koolzuur wordt daarbij uit de lucht gevangen of ‘ingeademd’ door de vele huidmondjes die het blad heeft – en die voor dat doel in een goede conditie moeten
zijn. Bij het complexe biochemische proces van het omvormen van dit koolzuur tot bouwstoffen, komt zuurstof vrij als residu: een rest die weer door hetzelfde blad wordt ‘uitgeademd’. Op die manier zorgt de plantenwereld tevens voor de productie
van steeds verse zuurstof op de planeet - het  bekende gegeven van de planten,
bomen en regenwouden als de ‘longen van de wereld’.

De bladeren van ook de druif zijn dus met recht zonnepanelen, collectoren van zonlicht – en tegelijk fabriekjes waarin koolzuur wordt omgezet in bouwstoffen, suikers etcetera. Dat betekent dat in feite álles wat de druif in het jaar zal doen, voor elkaar wordt gebokst in het binnenste van het blad. Vandaar het grote belang van al het werk door het jaar heen om voldoende goed blad in de wijngaard te waarborgen - en het even grote belang van het werk aan de loofwand, opdat zo veel mogelijk direct zonlicht opgevangen kan worden in alle stadia van het druivenjaar.



Een samenspel van factoren

Naast zonlicht is echter ook een zekere warmte nodig, niet voor de fotosynthese zelf, maar wel om de fotosynthese optimaal te laten zijn. Ook een voldoende toevoer van water uit de wortels is essentieel, of althans: er mag voor een goede fotosynthese
geen gebrek aan water zijn. Het samenspel van deze dingen, maar in de praktijk vooral: het samenspel van licht en warmte, is voor de beschouwer gemakkelijk zichtbaar in het feit dat een loofwand in onze noorderlijker aanbouwgebieden, gemiddeld hoger zal zijn dan een gemiddelde loofwand in bijvoorbeeld de Bordeaux. Hoe noordelijker, hoe minder intens het zonlicht zijn zal, en ook hoe minder warmte
de zon geeft, zodat er in noordelijke streken per saldo meer blad nodig is om toch dezelfde fotosynthese, dat wil zeggen dezelfde goede groei, vruchtzetting en afrijping
te kunnen bereiken.

Fotosynthese ‘werkt’ dus op licht, en wordt al dan niet geoptimaliseerd door de temperatuur. Dat laatste, de temperatuur, is de reden dat je bijvoorbeeld in de Bourgogne, op de Côte-de-Nuits een lage druiventeelt ziet, maar op de Haut-Côte, de hoger gelegen delen van dezelfde helling, een veel hogere loofwand aan zult treffen.
De plekken vangen beide evenveel licht, maar hoger op de helling is er minder warmte voorhanden om het proces van de fotosynthese te optimaliseren. Er is bij die lagere temperatuur daarom meer blad nodig voor globaal dezelfde fotosynthese.


De loofwand bij ons

Bij onze Nederlandse lichtsterkte en gemiddelde warmte, is een loofwand met zeker zeven goede bladeren per tros nodig om te zorgen dat de fotosynthese ook bij de rijping, voldoende suikers, aroma’s en smaakstoffen aan kan maken – de fenolische rijping. Dit blad is later overigens ook nodig voor de houtafrijping van de druivenplant, dus om de plant in de winter vorstbestendig te maken. 

De genoemde zeven bladeren komen er inderdaad juist tijdens de rijping het meest op aan, omdat de plant dan, qua fotosynthese, de grootste titanenklus te klaren heeft.
We vergeleken de druif eerder met bes en braam, waarbij in één oogopslag duidelijk is dat een gecultiveerde druivenplant een onvergelijkbaar grotere opbrengst heeft dan eigenlijk elk ander kleinfruit. Dat ‘meerdere’ moet puur en alleen worden opgebracht door de fotosynthese, en dus door het blad – vandaar dat het blad van juist de druivenplant het hele jaar zo ‘in de watten gelegd’ wordt.

Aandacht voor het blad van de druif, en voor de plek van de wijngaard door de eeuwen heen is er dus zeker niet alleen vanwege de grote gevoeligheid voor schimmels van de druif. En houdt dus ook niet op wanneer het met die schimmels wel even meevalt. Ook gebrekverschijnselen, een slechte doorlating van de bodem, slecht loofwandbeheer en het verwaarlozen van de dieven of okselscheuten (waarvan het blad juist laat in het
jaar vaak nog de beste conditie heeft) – al dit soort dingen zullen de onderneming in de praktijk even ernstig frusteren. Druiventeelt is in de eerste plaats loofwandbeheer en zorg voor het blad, en in de tweede en derde plaats ook  - en dat dus om goede redenen. 

In de praktijk zal een optimale loofwand bij ons, bij een guyot-snoei, vanaf de grond zo’n 2,20 meter hoog zijn, uitgaande van guyotboogjes zo’n 65 cm boven maaiveld. De eigenlijke loofwand heeft daarmee een hoogte van ongeveer 1,50 meter. Hoe hoger
de gaffel van de guyotstam, hoe hoger dus ook de loofwand dient te zijn om de rijping en opbrengst optimaal te laten zijn.



Warmte

De noodzaak van een warme plek voor wijngaard en loofwand is zoals we zagen geboren uit de behoefte aan warmte als stimulator van de fotosynthese. Het is niet
voor niets dat ons relatief koude zeeklimaat, tot voor kort maar amper toereikend was om een voldoende fotosynthese voor een wijndruif te kunnen ‘trekken’. Ook is niet verwonderlijk dat een plant met zoveel fotosynthese - zoveel hout en fruit - en dus
zo’n groot voorschot op licht en warmte een zuidelijke achtergrond heeft.

Goed loofwandbeheer kan echter ook bij ons de warmtehuishouding rondom het blad enorm optimaliseren. Warmte kan, zeker bij weinig wind of windstilte ook heel goed
op microniveau, direct in de loofwand zelf worden opgebouwd. In een goede, losse loofwand waarin de zon goed kan doordringen (een loofwand met ‘zonnevlekken’ tot binnenin), kan bij zonneschijn de temperatuur net boven het blad tot tien graden hoger zijn dan direct buiten de loofwand (Redl. et. al., Bauer).


Een goede, luchtige loofwand, die de fotosynthese door middel van zoveel mogelijk
licht en warmte waarborgt en stimuleert - en die ook in staat is om na regen of dauw het overtollig vocht snel kwijt te raken - is als vuistregel te beoordelen aan de schaduw die hij werpt. Een ‘gevlekte schaduw’, van het soort waar impressionistische schilders patent op hadden, en waarbij een zekere hoeveelheid zonlicht als vlekjes door de schaduw heen blijft spelen, is een globale maar goede indicator dat de loofwand voldoende lucht en licht kan opnemen, en door zich heen kan laten gaan.  


De druif als terroir

Het proces van de fotosynthese levert verreweg het meeste van de materie van een druivenplant, en ook het meeste van de aroma’s, de suikers en de smaakstoffen
van de trossen. Mineralen uit de bodem, de grondsoort en waterhuishouding kunnen hieraan nog een laatste ‘finishing touch’ geven, tot de smaak en geur van de druif, en van de latere wijn, inderdaad volledig, tot op het meest subtiele niveau, bepaald wordt door het ‘terroir’, dat wil zeggen door de plek waar de druiven groeien. De warmte, de luwte, de helling, de mate van schaduw en de ligging op de zon - maar ook de luchtkwaliteit, de wind en de windrichting: dit alles wordt, via het proces van de fotosynthese, één-op-één omgezet, letterlijk, in de substanties waar een druiventros
uit zal gaan bestaan. Het praten over ‘terroir’ in de wijnschrijverij, en over de mogelijk merkbare verschillen tussen de wijnen van twee pal naast elkaar gelegen wijngaarden, berust daarmee in aanleg op een waarachtige realiteit. In aanleg – want er is natuurlijk ook heel wat bluf en onzin te koop in de wijnwereld.       


Ook andere processen

Fotosynthese is lang niet het enige biochemische proces dat in de druivenplant aan het werk is – hoewel op zich wel het belangrijkste. Waar fotosynthese gaat over opbouw, over de aanmaak van stoffen, nemen andere processen bijvoorbeeld de logistieke operaties van het transport voor hun rekening. Weer andere zorgen voor verdamping, of voor de afbouw van zuren in de tros tijdens de late rijping. Dit laatste proces, de afbouw van zuren, wordt net als de fotosynthese sterk geholpen door een directe blootstellling aan licht en warmte, in dit geval van de tros, en het is één van de redenen voor een bladdunning in de troszone, eerder in het jaar. Maar voor alle duidelijkheid: die bladdunning is dus niet bedoeld voor de rijping zelf – de vorming van de suikers. Suikers worden gemaakt in het blad en niet in de tros.


Een lichte bladdunning rond de trossen is bedoeld voor de genoemde afbouw van een overmaat aan zuren, maar ook voor een zekere, geleidelijke afharding van de bessen (waarmee ze beter ‘gepantserd’ worden tegen schimmels) - en voor het bereiken van een luchtstroom langs de trossen, zodat ze na regen sneller droog zijn. Dunning van blad in de troszone maakt tenslotte ook dat versterkende middelen en andere gewasbescherming tijdens het verspuiten beter bij de tros kunnen komen.



Copyright (c) Jet Wester 2012

.