zaterdag 23 juni 2012


Bloei

Het is verstandig, ook voor kleinere wijngaarden, om een logboek bij te houden van de belangrijkste gebeurtenissen in het druivenjaar. Het tijdstip van uitloop van de verschillende soorten, het begin en einde van de bloei, het toppen van de scheuten, de oogstmomenten: het zijn allemaal gegevens die later van belang kunnen zijn.

De verschillen tussen de jaren worden er bijvoorbeeld mee duidelijk, zodat je een eerste indruk kunt krijgen wat voor jaar we dit keer voor de boeg hebben. Het blijft echter bij een eerste indruk, want data zeggen niet alles. Zo was er vorig jaar sprake van een extreem vroege uitloop, en een even vroege bloei. Johanniter was op 18 juni al zover klaar met de bloei dat we konden noteren dat er effectief geen misbloei van betekenis meer kon komen. Later in het jaar, met name in de koude en natte julimaand (en gedeelte augustus), werd die voorsprong van een week of drie verkleind tot hoogstens een klein weekje. Een dag of vijf eerdere oogst dan in een gemiddeld jaar.

Dit jaar is de bloei zelf veel later. Waar Johanniter vorig jaar dus al klaar was, moet hij dit jaar eigenlijk nog beginnen (op dit moment een kleine 10% in bloei); Solaris is vorige week begonnen, Riesèl is ook al een paar dagen bezig, terwijl Souvignier Gris bij ons gister zijn eerste kapjes afwierp, waarmee de zichtbare bloei begon.


Misbloei

Het lijkt er echter op dat dit jaar een ander aspect van de bloei belangrijker zal worden dan het late tijdtip, zeker voor sommige rassen. Zoals het er nu uitziet lijkt het alsof we vrij veel misbloei zullen kennen, meer dan gemiddeld. Solaris, ook Riesèl: meer bloemknopjes dan ons lief zijn worden op het ogenblik vlak voor de bloei bruin, en zullen niet gaan bloeien.

Misbloei kan allerlei oorzaken hebben. Twee jaar geleden, zo laat ons logboek zien, hadden we rond 90% misbloei in de Solaris, door een selectief plaagje van druiventhrips, waar we elders op dit weblog al over rapporteerden, in de bijdrage Van lokstoffen en geeltafels; zie bij het onderwerp Wijngaard. Een niet al te scherpe maar toch nog voldoende informatieve foto is de volgende: de thrips heeft de basis van de scheut aangetast, en ook de trossteeltjes en het merendeel van de bloemknopjes zelf.





Dit jaar is er geen sprake van ongedierte. Wel van kou, meer nog dan natheid. Er zijn tot in juni meerdere dagen geweest van overdag ten hoogste 9 á 10 graden, en in de nacht 5 á 6. Dat is bij meteorologen in de boeken gegaan als uitzonderlijk, zelfs als een record. (Voor morgen, zondag 24 juni, is de voorspelling overigens opnieuw: maximaal 15 graden.)

Een andere oorzaak voor misbloei die op het ogenblik kan meespelen is de enorme vegetatieve groeispurt (blad en scheuten) van inderdaad juist soorten als Solaris en Riesèl. De bloei is laat omdat de uitloop laat was, en de planten zijn in hun groei duidelijk met een inhaalslag bezig, zodat de beide genoemde soorten nu toch al boven de bovenste draden uitkomen. Deze grote vegetatieve groei kan heel goed ten koste gaan van de 'aandacht' van de plant voor de bloei, met misbloei tot gevolg. Je kunt dit proces proberen om te buigen, ten gunste van de bloei, door de planten vroeg, vóór de bloei te toppen. Het kan zijn dat de energie dan meer naar de bloei verlegd wordt. Dit jaar zijn wij althans te laat voor deze actie.


Hoe erg een misbloei werkelijk geweest is, kan meestal pas goed beoordeeld worden wanneer de vruchtbeginsels beginnen te zwellen en de bloemtros is veranderd in een prille druiventros. Dan is te zien of de misbloei ons alleen een ronde van noodzakelijke trosdunning, later in het jaar bespaard heeft - nodig voor een op kwaliteit gerichte oogstbeperking - of dat er iets ernstigers is gebeurd. 

Copyright (c) Jet Wester 2012